Gastvrijheid in Albanië

Het huis is niet van de eigenaar maar hoort toe aan God en de gasten.

Citaat uit de Kanun

Dit is een van de “wetten” uit de Kanun. De Kanun is het boek waarin het gewoonterecht wordt beschreven. Het is de basis van de tradities. Albanië hecht veel belang aan de tradities. Door de eeuwen van bezetting, onderdrukking en communistische dictatuur was dit het enige houvast.

Uiteindelijk draait het leven van een Albanees om vier pijlers.

Het land. Zelfs als ze naar het buitenland immigreren om een betere toekomst op te bouwen, blijven ze fier op hun afkomst.
De vlag. De rode vlag met de tweekoppige zwarte adelaar verenigt hen waar ze zich mogen bevinden.
De familie. De familie is heilig. De familie is het episcentrum van de Albanese samenleving.
De traditie. Traditie is de lijm die deze samenleving bindt. Gastvrijheid is de belangrijkste van deze tradities. Het zit hen in de genen. Er zijn geen bijdedoelingen. Gastvrijheid is voor hen even natuurlijk als ademhalen. 

De plichten van een gastheer staan heel goed omschreven in de Kanun. In het kort komt het erop neer dat wie gasten in zijn huis ontvangt instaat voor hun veiligheid en ervoor zorgt dat het hen aan niets ontbreekt. Een regel die, zeker voor een bergvolk, het verschil tussen leven en dood kan betekenen. Er zijn heel extreme situaties bekend waarin de gastheer zich ten koste van alles aan zijn plichten hield.

gastvrijheid in albanieNu is het zo dat in Albanië een toerist wordt aanzien als een collectieve GAST van het land. Dit betekent dus dat iedereen verantwoordelijk is voor het welzijn en de veiligheid van de buitenlandse bezoeker. Je hoort me niet beweren dat er in Albanië geen misdaad bestaat. Maar buitenlanders worden heel zelden het slachtoffer van een misdrijf.

Je vindt deze geest niet alleen in hotels en restaurants terug. Maar ook in de gezondheidszorg. Volgende persoonlijke ervaring is hier een goed voorbeeld van. Enkele jaren terug reisde ik met een groep door Albanië. Een van mijn groepsleden maakte een akelige val en had een grote wonde aan het hoofd met aardig wat bloedverlies tot gevolg. Onmiddellijk sprongen enkele lokale mensen te hulp, een ambulance werd opgetrommeld en we brachten hem meteen naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis. Plots leek het of de andere patiënten niet meer bestonden. Al het beschikbare personeel werd ingezet om de buitenlander te helpen. Het opmerkelijke was dat geen enkele plaatselijke patiënt daartegen protesteerde. Er was een “gast” in nood. Het was hun plicht om hem meteen met alle mogelijke zorgen te omringen en te helpen. “Gastvrijheid” in Albanië is geen hol woord. Het heeft een heel diepe betekenis. Als een Albanees je welkom heet, dan verschijnen er geen dollar tekens in zijn ogen. Het komt uit zijn hart en het is gemeend.